Het schilderij toont de verdwenen Sint-Jansstraat, met links de zijgevel van de Lakenhalle en op de achtergrond de Sint-Baafskathedraal. De huizenrij tussen de lakenhal en de kathedraal werd op het einde van de 19de eeuw afgebroken voor de aanleg van het Sint-Baafsplein. Enkele huizen rechts op het schilderij bestaan nog steeds, waaronder het zogeheten ‘Hotel Van Branteghem’ of ‘Hotel Hamelinck’. Opvallend is dat de zijgevel van de Lakenhalle is afgebeeld zonder de dubbele stenen buitentrap, die in 1716 werd afgebroken en pas in 1892 werd gereconstrueerd. Het schilderij vormt zo een interessante iconografische bron, die een beeld geeft van het centrum van Gent voor de ingrijpende transformatie rond 1900.
Rechts onder draagt het schilderij de signatuur van Augustus Wynantz (1795 – na 1850), een kunstenaar gespecialiseerd in stadsgezichten. Hij werkte onder meer in Brussel, Utrecht, Den Haag en Amsterdam. In Den Haag maakte hij ook een aantal interieurgezichten van het paleis van koning Willem II. Wynantz was een naam- en leeftijdsgenoot van J.J. Wynantz, die een reeks aquarellen met Gentse stadsgezichten maakte, waarvan heel wat werken worden bewaard in het Archief Gent (De Zwarte Doos).
Er zijn meerdere Gentse stadsgezichten van Augustus Wynantz bekend. Ook het gezicht op de Rode Torenbrug in de STAMcollectie (inv. 00696) is bijvoorbeeld van zijn hand. Dit schilderij werd jarenlang ten onrechte toegeschreven aan P.F. De Noter. Pas tijdens de restauratie in 2002-2003 werd de signatuur van Wynantz zichtbaar.
De meeste schilderijen van Wynantz zijn gedateerd, maar helaas is het jaartal op de twee schilderijen in de STAM-collectie niet meer goed leesbaar. Vermoedelijk dateren ze beiden uit het einde van de jaren 1820.