Het wapenschild van Ieper staat op de voorzijde tussen twee lauriertakken die onderaan samengestrikt zijn en onder het schild, YPRES en erboven, 1383 – 1883 en met rondom een verhoogde rand. De keerzijde heeft de tekst, TUINDAG / bloemetje / VIJF HONDERDSTE / VERJAARDAG / versiering / 1383 – 1883 (de eerste en de laatste zin volgen de rand) en met rondom een verhoogde rand. In augustus 1883 werden te Ieper grote feesten gehouden om een glorieus evenement uit hun geschiedenis te herdenken. Op 9 juni 1383 werd Ieper belegerd door het Engelse leger, versterkt door de Gentenaren. De leden van ambachten en neringen van Ieper konden gedurende negen weken de belegering weerstaan en de vijand tenslotte tot de aftocht dwingen. Tijdens de belegering hadden ouderlingen, kinderen en invaliden zich teruggetrokken in de kerk van de minderbroeders (later recoletten). Ze baden er tot Maria om de stad te beschermen. Na de bevrijding van de stad richtten deze mensen een eigen gilde op “de ghilde van den blinden, crepele en arme lieden” onder de bescherming van Onze-Lieve-Vrouw van Tuine. De leden van de nieuwe gilde haastten zich een beeld te laten vervaardigen van de heilige. Een soort palissade (thuyn) werd rond de sokkel van het beeld geplaatst om te getuigen dat Maria de beste en meest efficiënte verdediging van de stad was geweest. Vanaf dan wordt de patrones ieder jaar gevierd, aanvankelijk op 8 augustus, dag van de overgave, maar later op het eerste weekend van augustus. De gilde had nog tot 1794 haar zetel in de kerk van de recoletten. De vijfhonderdste verjaardag van het gebeuren werd met veel luister gevierd, waarbij verscheidene gedenk- en religieuze penningen werden uitgegeven (zie ook N.01183). Nog altijd gaat jaarlijks, de eerste zaterdag van augustus, een gebedstocht met het Mariabeeld over de vestingen van Ieper.