Maria zit in een zetel naar rechts en houdt beide armen rond het kind Jezus dat op haar schoot zit, rechts de heilige Johannes met rechts van hem een kruis en het lam Gods ; het geheel is omgeven door een opstaande cirkel en een oplopende versierde rand waarin op drie plaatsen een boogvormige uitsparing is gebeurd.
De keerzijde is effen.