Het gekroonde Gentse wapenschild met eronder op een banderol, FIDES ET AMOR en erboven, VILLE DE GAND en onderaan links langs de geprofileerde rand, LEMAIRE A GAND
Op de keerzijde staat de tekst, STAD GENT / PLECHTIGE INTREDE / VAN HUNNE / KONINKLIJKE HOOGHEDEN / PRINS & PRINSES ALBRECHT / VAN BELGIE / 20 JULI 1902 (de eerste en de laatste zin volgen de geprofileerde rand).
Op 20 juli 1902 deed de Belgische prins Albert, de latere koning Albert I, zijn officiële intrede in Gent. Hij kwam aan met het trein in het Zuidstation en werd er opgewacht door een delegatie met vaandels en muziek. In stoet ging het, begeleid door 200 maatschappijen, naar het provinciehuis waar de ontvangst plaats had. Alle belangrijke plaatsen werden bezocht, het stadhuis met een tentoonstelling in de Arsenaalzaal, Sint-Baafskathedraal, een galamaaltijd in de grote schouwburg, de Achtersikkel, het burgerlijk Hospitaal en het nieuw gebouwde Museum voor Schone Kunsten.
Elke deelnemende maatschappij kreeg van de stadsbestuur een gedenkpenning.
Bruikleen van de rederijkerskamer De Fonteine.