De smalle in zwart gesneden zijdefluwelen kapmantel heeft een liggende kraag (die rechtop kan gesteld worden) en brede revers. Deze zijn belegd met samengefronste ivoorkleurige mousseline, die ook de rand van de voorpanden tot middelhoogte voert. Een sluiting midden voor met vijf haken en ogen op twee korte binnenpanden die bovenaan tegen de schuin weggesneden voorpanden zijn aangebracht. De binnenpanden zijn belegd met kantstroken die een afhangende strikdas vormen, geflankeerd door afhangende kantstroken aan de binnenrand tot op middelhoogte. Vanaf deze hoogte is de rand van de cape rondom versierd met gefronste witte en zwarte stroken mousseline en zwarte kant. Vier smalle driehoekige panelen in incrustatie van satijn vertrekken midden voor en achter en op de zijden van de schouder naar de middelhoogte. Deze panelen en eveneens de onderzijde van de kraag zijn geborduurd in golflijnenpatroon. Het oppervlak van de mantel is verder geborduurd met gestileerde blad- en bloemmotieven. In de hals "Hirsch et Cie Bruxelles" en "223262".