De ivoorkleurige japon heeft een nauw aansluitend corsage met een ovale halsuitsnijding. Een sluiting midden rug met zeventien haken en ogen en stroplintjes aan hals en taillelijn. Het voorpand van het corsage vertoont door de snit een gaffelvormig accent en is over de borst gewatteerd. Licht geronde taille waartegen de ruime enkellange rok in fijne plooien bevestigd wordt. De rok stond op de rug uit over een eronder gedragen vulling.
Bisschopsmouwen: aansluitend bij de aanzet, vervolgens wijd in schapeboutvorm over het grootste deel van de arm en onderaan terug aansluitend. De omvang van de mouw wordt boven- en onderaan samengehouden door een massa fijne plooitjes aan de buitenzijde van de arm. Drie stroken (volgens hetzelfde schema geplooid) met kantrandje zijn boven de aanzet van het schapeboutdeel aangebracht. De mouwen worden onderaan langs de binnennaad gesloten met vier haken en trensjes. De horizontale accenten op de mouw met tresband en rollintjes. Alle naden van de japon zijn belegd met een rollintje.
Het weefselpatroon bestaat uit evenwijdig omhoog golvende gestileerde bloemenranken.