Op de voorzijde staat een ruimton met erboven op een baar met aan elke kant een schepbak met gekruiste stokken waaraan een lantaarn hangt ; bovenaan is een kroon en rondom een verhoogde rand. De keerzijde is effen.
Deze penning is volgens Minard een lidmaatschapspenning en zou op de keerzijde het nummer van het lid van de gilde hebben gedragen.