Een vrouw staat ten halve lijve naar links gewend ; ze draagt een middeleeuws kleed met wijde mouwen, een halssnoer, een mantel en een hoge gedrapeerde hoed met twee punten en ze kijkt naar het Gents wapenschild dat ze met haar rechterhand schuin voor zich houdt ; haar linkerarm rust op een borstwering die versierd is met een herhaaldelijk omgevouwen banderol ; de banderol is voorzien van de inscriptie Gent Gent – drie bloemetjes – vier bloemetjes met op de achtergrond links de Sint-Michielskerk en rechts het Belfort en links, langs de rand, Floris de Cuyper (verzonken) en rondom, een effen rand. Op de keerzijde is het effen veld is omgeven door een met een bloemenslinger omwikkelde banderol die bovenaan het Gents wapenschild omsluit en met op de banderol, links van het schild, STAD en rechts van het schild, GENT ; in de afsnede, langs de rand, Floris de Cuyper (verzonken) en rondom, een effen rand en in het middenveld ingegraveerd, Koninklijke Soevereine / Hoofdkamer van Retorica / “DE FONTEINE” / 1448-1998 / 12 december 1998 en rondom een effen rand. De 550ste verjaring van de rederijkerskamer werd gevierd met de inrichting van een symposium in de Lakenhal van het Gentse Belfort. Het zou doorgaan op 12 december 1998 en was gewijd aan de vroegere rederijkerij en werd gebracht door deskundige sprekers uit binnen- en buitenland. Uit Nederland was er Dr. N. Moser van de Vrije Universiteit Amsterdam en Dr. J. Oosterman van de Universiteit van Leiden. De Gentse Universiteit was vertegenwoordigd door Prof. Dr. D. Coigneau, Prof. Dr. W. Waterschoot en Lic. A. Van Bruane. De hoofdman van de Fonteine, Flor Demedts, bracht deze feestviering ter kennis van het Gentse stadsbestuur met vraag om een aangepaste ontvangst. Deze ging door op de bewuste feestdag om 12:00h in de Pacificatiezaal van het Stadhuis. De jarige vereniging werd tevens bedacht met de Medaille van de Stad Gent. Bruikleen van de rederijkerskamer De Fonteine.