Deze gravure stelt een interieur voor van een volkswoning. Op de grond ligt een omgevallen zitje met een gebroken kruik en een jongetje, waarnaar een vrouw kijkt, wijst naar een rat die onderaan de deurtrap zichtbaar is. Twee vrouwen, waarvan een een bezem in de hand heeft en de ander een borstel, een man met een bundel twijgen in de hand, een meisje en een vrouw met een kat inde arm kijken naar de jongen en zijn gereed om de rat te verjagen. Links een man die een stok onder een bed steekt, blijkbaar op zoek naar de rat. Jean-Baptiste Madou schilderde dit werk in 1857 en deze gravure maakte dit schilderij zeer populair, het schilderij bevindt zich in de Koninklijke Verzameling te Laken. De gravure draagt midden rechts de inscriptie: Madou 1857. Onderaan komen volgende opschriften voor: A. MADOU PINXIT, J.B MEUNIER SCULPT. Imp F. Chardon aîné, 36 Rue Hautefeuille, Paris. Het opschrift A Madou zorgt voor verwarring, doordat het kan staan voor Adolphe Madou, zoon van Jean-Baptiste Madou. Hij was eveneens schilder, maar er zijn praktisch geen werken bekend van zijn hand, hij overleed immers op twintigjarige leeftijd in 1854. De gravure is net als twee andere gravures in de collectie van het STAM,nl. 'De schilder Hugo van der Goes in het Rode Klooster' door Danse en 'Het Kabinet van Erasmus' door Demannez, gedrukt bij Chardon in Parijs. Alle drie behoren ze tot de schenking Grandmoulin-Carbonelle.