Het wit katoenen mutsje omvat het hoofd en de kantachtige breipatronen verdelen het oppervlak in drie delen: de twee zijdelen en een middendeel dat van het voorhoofd naar de nek reikt. In de nek is een stroplintje onder een gefronste kantstrook. Langs de voorrand ligt een stroplintje onder drie gefronste kantstroken waartussen lintlussen geschikt zijn.
Objectnaam
muts
Vervaardiger
onbekend
Period
19de eeuw
Date
1841 - 1900
Objectnummer
10158
Objectgegevens
Materiaal
katoenkantzijdetaf
Techniek
breien
Afmetingen
(geheel) hoogte 13 cm(geheel) breedte 19 cm(geheel) breedte 18 cm