Op de voorzijde de buste van Kluyskens in vooraanzicht, lichtjes naar links gekeerd met rondom bovenaan, * JOSEPH – FRANÇOIS KLUYSKENS * en onderaan, NÉ À ALOST LE 9 SEPTEMBRE I77I * MORT À GAND LE 24 OCTOBRE I843 ; rechts onder de buste, LEMAIRE. GAND. ; rondom een verhoogde boord.
Op de keerzijde de tekst, IL RELEVA / LA CHIRURGIE / DE SON ÉTAT D’ABJECTION / ET CONTRIBUA / PAR SES LEÇONS CLINIQUES / À ÉTENDRE / LES PROGRÈS / DE CETTE SCIENCE / EN BELGIQUE. / sierlijn ; rondom een verhoogde boord.
Joseph Kluyskens behaalde in het “Collegium Medicum Gandavense” het diploma van vroedmeester en in 1795 het getuigschrift van meester-chirurgijn en vroedmeester. Vanaf 1796 gaf hij las aan deze school. Bij de oprichting van de Gentse universiteit in 1817 werd hij, wegens zijn gebrek aan kennis van het Latijn, hulp-docent. In 1819 werd hij bij Ministerieel besluit benoemd tot doctor in de genees- en heelkunde en vanaf 1829 werd hij volwaardig leraar aan de universiteit. Hij werd zelfs rector tijdens de academiejaren 1829-1830 en 1839-1840. Kluyskens ging in 1841 op emeritaat.
Deze penning gegraveerd door Victor Lemaire wordt door sommigen gedateerd in 1871 als herdenking van de honderdste verjaardag van zijn geboorte maar dit is onwaarschijnlijk aangezien het stuk in het Penningkabinet van de Koninklijke Bibliotheek, 1869 als referentiejaar draagt en zowel Prosper Claeys als Fred Alvin dateren het stuk in 1870.
De juiste reden van uitgifte van deze penning is waarschijnlijk niet meer te achterhalen.