De jas heeft een diepe V-vormige halsuitsnijding en lange mouwen met een omslag, rokpanden zijn op de voorzijde vanaf het middel schuin weggesneden en vertonen midden rug een split waarbij de twee slippen elkaar een weinig overlappen. Aan weerskanten van de split ligt een valse plooi, langs de taillenaad van de slippen twee zakkleppen en in de voering van de slippen twee zakken en een sluiting midden voor met twee haken en ogen ter hoogte van de maag. De binnenranden van de voorpanden dragen negen knopen en negen niet opengemaakte knoopsgaten. Op de mouwen en op de zakkleppen zijn telkens drie knopen en knoopsgaten en telkens één knoop in de rug boven de aanzet van de valse plooien. De zwarte kunststof knopen hebben een fijn geribbeld oppervlak. Op het linkervoorpand ter hoogte van de schouder en de maagstreek is er een opening voor het bevestigen van de bodebus. De jas met schoudervullingen is gewatteerd en doorstikt op de romp over de voorpanden, de zijden van de rug en de schouders. Een zwarte vest, zwarte pantalon en tweesteek vervolledigen normaal het ceremoniekostuum dat nog steeds gedragen wordt bij huwelijksplechtigheden en officiële ontvangsten op het stadhuis. Bij deze jas hoort een tweesteek( A58-5 2/2).